Wist je dat je de lente voorbereidt in de herfst? Het najaar is dé tijd om vrolijke voorjaarsbloeiers te planten. Denk aan bollen zoals tulpen en narcissen, maar ook aan minder bekende bloembollen die al in de winter bloeien, zoals gele winterakonietjes. Bloembollen kun je overal planten: tussen de vaste planten, in het gras en in bakken en potten op je terras en balkon. Ga dus nu uit je bol met het grote assortiment voorjaarsbollen in ons tuincentrum in Sommelsdijk! En houd onze site in de gaten voor meer praktische en inspirerende bollentips en -trucs!
Wanneer en waar voorjaarsbollen planten?
- Je kunt ze nu vrijwel overal planten, zolang het maar buiten is, want voorjaarsbollen hebben een koude (vorst)periode nodig om tot bloei te komen. Je kunt ze zelfs nog in december planten, zolang het niet vriest en de grond niet bevroren is.
- Plant bollen in goed waterdoorlatende grond, want als ze te vochtig staan kunnen ze gaan rotten.
- Kleine bollen kunnen ook prima in een pot of bak. Zorg er dan voor dat er een gat of gaten in de bodem zit(ten) en leg onderin een laag potscherven en hydrokorrels. Meng ook wat zand door de potgrond. Zo voorkom je dat je bollen gaan rotten.
- In het grasveld of gazon kun je onder andere sneeuwklokjes, krokussen, narcissen, sterhyacinten en Oosterse anemone (Anemone blanda) planten. Licht met een spade een graszode op, plant de bollen en plaats de graszode weer terug. Druk deze eventueel nog even aan. Maai het gras in het voorjaar pas als het groen van de bollen helemaal is afgestorven of maai er tot die tijd omheen. Zet voor de zekerheid eventueel een label of stokje op de plek waar je de bollen hebt gepoot.
- Kijk op het etiket of vraag een medewerker van ons tuincentrum of een bol graag een zonnige of meer schaduwrijke plek wil. Tulpen en narcissen zijn doorgaans zonaanbidders, boshyacinten en de eetbare daslook houden bijvoorbeeld juist van schaduw.
Hoe plant je voorjaarsbollen?
- Plant bollen, vooral de kleine exemplaren, liefst zo snel mogelijk. Anders kunnen ze uitdrogen.
- De gouden regel is de bol twee of drie keer zo diep te planten als de bol groot / hoog is. Het puntje laat je naar boven wijzen. Kun je niet goed zien wat de bovenkant van een bol is? Plant deze dan op zijn zij, dan groeien blad en bloemen vanzelf naar boven.
- Voor de onderlinge plantafstand houd je ongeveer twee keer hun eigen breedte aan. Laat de bollen elkaar in ieder geval niet raken, of dat nu in een pot of in de volle grond is.
- Voor een zo natuurlijk mogelijk effect strooi je de bollen losjes uit over de plek waar je ze wilt en plant je ze waar ze terecht zijn gekomen. Zolang ze elkaar maar niet raken.
- In potten en bakken op je balkon of terras kun je meerdere soorten combineren. Dat noemen ze de 'lasagne-methode', omdat je met laagjes werkt. De grootste en laatst bloeiende soorten doe je onderin. Breng daarop weer een laag potgrond vermengd met zand aan en stop daar de kleinere en eerst bloeiende bolletjes in. Zorg ervoor dat de bollen elkaar niet raken en ook niet te dicht bij de rand van de pot zitten (dan zouden die kunnen bevriezen). Wanneer je bovenin winterviolen plant heb je nu al plezier van je bloempotten en -bakken.
Belangrijke bollenweetjes
- Voor een lange bloei kun je straks de uitgebloeide bloemhoofden afknippen, maar laat het blad zitten. Daaruit halen de bollen hun energie om volgend jaar weer te kunnen bloeien.
- Met vroegbloeiende bollen maak je ook heel veel insecten blij en vergroot je de biodiversiteit!
Met onze voorprettips zorg jij dat je komende lente een stralende tuin hebt. Kom langs in ons tuincentrum voor vette voorjaarsbollen en plant ze nu de grond nog warm is! Tot snel in ons tuincentrum in Sommelsdijk.